Landschapsarchitecte Anouk Vogel (34) maakt in Japan een tuin van 600 handgevouwen papieren bloemen. En hoewel de jury het groen wel mist, wint ze een medaille.
Best een grote klus, zeshonderd lelies van papier?
‘Vijftien Japanners hebben er, samen met mij, twee weken aan gewerkt. Papier vouwen is vooral een geduldwerk. Je moet precies zijn. Japan heeft natuurlijk met origami een grote traditie in vouwkunst.’
Heeft uw tuin een naam?
‘Folding for Peace. Er was gevraagd in Nagasaki een tuin te ontwerpen met als thema wereldvrede. Mijn papieren tuin is klein – 24 vierkante meter, de kleinste die ik ooit heb gemaakt. 600 witte lelies in een cirkelvormig perk, als onderdeel van de World Gardening Cup.’
Dat klinkt een beetje als het WK tuinieren?
‘Maar dan voor landschapsarchitecten en professionele tuinarchitecten uit verschillende landen.’
Was het niet de bedoeling dat u echte planten gebruikte?
‘Mijn inzending werd aanvankelijk geweigerd. We kunnen geen medailles uitreiken als er geen echte planten worden gebruikt, zeiden ze. Ik zei: ik hoef helemaal geen medaille!’
Maar u kreeg er toch een!
‘Ik kreeg een 0 van de jury voor het onderdeel beplanting. Maar mijn tuin was zo’n succes bij het publiek dat ik een speciaal in het leven geroepen jury award kreeg.’
Wat doet een landschapsarchitect precies?
‘Parken, pleinen en openbare ruimte ontwerpen. Die zijn zeer cruciaal voor de stad. Gelukkig dringt dat besef steeds meer door, hoewel ik vind dat het in Nederland nog beter kan met de openbare ruimte.’
Waarin verschilt u van een architect?
‘Een architect werkt bijna altijd met een zelfstandig object: het gebouw. Een landschapsarchitect reageert altijd op het bestaande, de omgeving. Zo heb ik in het Vondelpark in Amsterdam met architect Johan Selbing meubilair ontworpen. Het park is in de Engelse landschapsstijl ontworpen, met een divers karakter: bosachtige delen, lange strakke parklanen maar ook open veldlandschappen. In onze ontwerpen zit ornamentiek die refereert aan de wisselende stemmingen van het park.’
Doet u ook privétuinen?
‘Grote parken zijn interessant vanwege het publieke karakter en de schaal. Maar je bent ook beperkt. Fragiele objecten zijn moeilijk toe te passen in het publiek domein. In privé-opdrachten heb je vaak meer ontwerpvrijheid.’
Uw ontwerp in Japan lijkt nogal kwetsbaar?
‘De lelies zijn van een geprepareerd papier dat tegen vocht kan. Maar de tuin verandert wel door water. De vouwen worden minder scherp. Dat heeft een prachtig effect. De bloemen gaan open met de regen en weer dicht met de zon.’
Maar waarom papier?
‘De opdracht van de World Gardening Cup was een tuin te maken voor tien dagen. Dat vond ik absurd. Een tuin zonder tijd erin, die zo kort bestaat, is geen echte tuin. Dus koos ik voor een tuin in abstracte vorm. De kunstmatigheid – die ook bij Japanse tuinen hoort – heb ik eigenlijk dik aangezet.’
Is het moeilijk een lelie te vouwen?
‘Uit een A4-tje kun je in een paar minuten een bloem vouwen. Maar het is een heel precies werkje. Er is een wijd verspreide legende in Japan die inhoudt dat, als je duizend kraanvogels vouwt, je een wens mag doen. Ik heb met 15 mensen dagenlang honderden lelies gevouwen. Dat was ook of er een soort wens uitkwam. Het was geweldig.’
Wat was de gekste tuin die u zag in Nagasaki?
‘De locatie was het gekste. Er is daar een complete replica gebouwd van Huis ten Bosch. Daar ligt dan een papieren tuin, een ontwerp van een Hollandse architecte met een abstrahering van een Japanse tuin in een nep-Hollands landschap. Het was surrealistisch.’
Hoe staan uw lelies er nu bij?
‘Ze zijn er nog. Maar het is wel bijna over. Toch is dat papier verrassend sterk. Ik had het in mijn Nederlandse tuin getest. Het heeft vijf maanden gestaan. In deze natte zomer, die lelies kunnen best wat hebben.’