Als het bedrijfsblad De Passeerzeef heet, moet het wel een pragmatisch bedrijf zijn. En dat was Tomado. De huishoudspulletjes waren zo oogstrelend simpel en handig, dat Gerrit Rietveld ze in 1951 in de roemruchte stijlgids Goed Wonen aanwees als schoolvoorbeeld van excellent Hollands ontwerp.Neem de aardappelstamper. Gedraaid en gebogen uit één stuk vertind ijzerdraad. Ontwapenend eenvoudig, je kunt hem natekenen zonder je potlood een keer van het papier te halen. Zo lekker no-nonsense dat het haast een vroeg voorbeeld is van Dutch Design, waar we nog een halve eeuw op zouden moeten wachten.
Het Nederlandse familiebedrijf Tomado, opgericht in de jaren twintig van de 20ste eeuw, vierde zijn hoogtij in het na-oorlogse Nederland. De afdruiprekken, flessenhouders, sokkenmandjes en kleerhangers behoren tot de huisraad van onze volksziel. Met als meesterproef van het Hollanderschap: de flessenschraper, waarmee je de restjes vla uit de fles kon trekken.
Er is nu een handzaam boek verschenen over de geschiedenis van Tomado.
‘In elk huis voelt Tomado zich thuis’, was de slogan. De merkpenetratie was jaloersmakend. Een wasrekje als de Goliath, dat zo praktisch aan een balkon kon hangen – het is moeilijk voorstelbaar dat er Nederlandse families bestaan die daar nooit een onderbroek aan hebben laten drogen.Van der Togts Massa-artikelen Dordrecht (vandaar Tomado) kwam voort uit ambacht en ondernemerslust. De broers Jan en Wim van der Togt gebruikten een Duitse uitvinding, ijzerdraad, om tal van handige huishoudproducten te maken. Dat buigen van draad is heel lang het fundament geweest van het succes.
Zoals het Barbertje, een draadmandje dat aan een kastplank hangt en de netto opbergcapaciteit flink vergroot. De Van der Togts hadden in Duitsland zoiets gezien. Ze verbeterden het en tot het eind van Tomado, in 1982, zou Barbertje (van Multatuli’s ‘Barbertje moet hangen’) een van de succesnummers blijven.
Het was een goed idee om de productie van dit familiebedrijf in boekvorm te vast te leggen. De broers Van der Togt zijn een voorbeeld van vooruitstrevende ondernemers ten tijde van de Nederlandse wederopbouw. Tomado keek goed naar Amerikaanse marketingmethodes en was een van de eerste Nederlandse bedrijven die een reclamebureau inhuurde.
‘Tomado vervult hartewensen van elke huisvrouw’, was een van de slogans. Op Moederdag was een onderzetter immers net zo’n fijn cadeau als een paar nieuwe zijden kousen. De formule werkte goed, tot in de jaren zestig de status van het huishoudwerk begon te devalueren. De doelgroep van Tomado, de vrouw, ontwikkelde andere prioriteiten: ‘Het droeve is dat dit probleem met verdere uitbreiding van het machinepark in de keuken niet wordt opgelost’, schreef Joke Smit in 1967 aan de vooravond van de tweede feministische golf, ‘Huisvrouwen zullen pas bevrijd zijn als er een anti-rotzooirobot op de markt komt’.
Die robot kwam er niet. In 1982 werd Tomado verkocht. De broers hadden inmiddels onmin gekregen. Jan van der Togt bleef over – hij zou later zijn kunstcollectie en naam schenken aan een museum in Amstelveen.
De productnaam Tomado bestaat nog wel. Maar het Hollands ondernemerschap was beëindigd. Die handige aardbei-ontkroner, de sponsknijper, een gootsteendoorsteker of een zuigflessendrager – het is een gepasseerd station.